Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de gemeente Baarn gedwongen tot het plaatsen van verwerpelijke bordjes met de tekst 'Joden niet gewenscht'. Dit schokkende feit werpt licht op de duistere geschiedenis van Joods vastgoed in Baarn en Soest.
Hoewel de gemeenten Baarn en Soest niet schuldig waren aan het stelen van Joods vastgoed, blijkt dat ze actief hebben bijgedragen aan het leeghalen van Joodse huizen. De steun aan anti-Joodse maatregelen geeft inzicht in de trieste realiteit van die tijd.
De onthulling van deze geschiedenis werpt een schaduw op de gemeenschap van Baarn en Soest. Het besef van medeplichtigheid aan deze mensonterende daden roept vragen op over verantwoordelijkheid en herdenking.
Tachtig jaar na dato zorgt deze openbaring voor reflectie en bezinning. Lokale burgers en historici staan stil bij de schadelijke impact van collaboratie en de noodzaak van het blijven herinneren van deze zwarte bladzijde.